1e Generatie
2e Generatie
3e Generatie
4e Generatie
5e Generatie
Gerrit Boogaerdt ’t Hooft
’De zaken gingen redelijk wel
De klanten goed bediend,
Men konde steeds maar naar den bel
Zoo werd de kost verdiend’.
De beginjaren van het familiebedrijf G.B.’t Hooft waren niet gemakkelijk. Samuel, de medefirmant overleed kort na de opening en broer Arie Jacobus kwam al gauw van zijn belofte terug en besloot in een pessimistische bui zichzelf en zijn financiële aandeel uit de firma terug te trekken.
En dus stond Gerrit voor de immense taak zich niet alleen uit de schulden te werken, maar tevens het bedrijf een zekere toekomst te geven. Er stond immers veel op het spel: de beide knechts en de meesterknecht moesten wekelijks hun, zij het toen schamele, loonzakje gevuld hebben, en de schuldeisers moesten hun termijnen geregeld ontvangen. Maar het lukte, of zoals Willebrands, de meesterknecht met zijn fijn gevoel voor feestredes en daardoor de belangrijkste ’geschiedschrijver’ van de firma, het dichtte.
In 1856 besloot men de werkzaamheden uit te breiden met ’een Bibliotheek’, een veel voorkomende combinatie in het drukkersvak, die echter op het Haringvliet minder op haar plaats bleek en na enkele jaren dan ook gedoemd was te verdwijnen. Twee jaar na dit initiatief, in 1858, gaf Gerrit ’t Hooft zijn eerste letterproef uit onder de titel ’Overzicht der drukproeven’ die doel bleek te treffen.
Jacobus Boogaerdt ’t Hooft
Van Jacobus Boogaerdt ’t Hooft kan als firmant maar weinig worden vermeld.
Niet dat zijn bedrijfsvoering zo’n gebrek aan initiatief vertoonde, want hij was het die toch maar de niet weinig revolutionaire invoering van de gasmotor in 1897 wist te realiseren, met welke invoering een einde kwam aan het lawaaierige en door drijfstangen en- riemen ontsierde
tijdperk van de stoommachine.
De beknoptheid van zijn werk vermelding wordt ons opgelegd door de korte periode waarin Jacobus de leiding heeft uitgeoefend: in 1906 sterft hij onverwachts, 55 jaar oud.
Berend Christiaan Boogaerdt ’t Hooft
Voor Jacobus’ zoon, Berend Christiaan was het een geweldige taak die hij als nauwelijks 20-jarige op 21 maart 1906 op zich nam.
Wie daarbij bedenkt dat met het naderen van de eerste Wereldoorlog de economische situatie steeds minder rooskleurig werd, en de concurrentie haast moordend werd, beseft welk een inzicht en doorzettingsvermogen de jonge drukkersbaas eigen is geweest. En dat terwijl de moeilijke jaren van de wereldcrisis nog wachtten.
Het vak werd hem geleerd door de ’chef ter Handelsdrukkerij’ J.J.G. Zöllner, J.G. Zn., die op 11 april 1909 zijn gouden jubileum bij de Drukkerij vierde. Het is bekend dat ook in dat jaar in Utrecht de School der Grafische Vakken werd geopend.
Ferdinand Boogaerdt ’t Hooft
Per 1 oktober 1954 werd Berend Christiaan opgevolgd door zijn jongste zoon, Ferdinand Boogaerdt ’t Hooft, die reeds vanaf juni 1953 in het bedrijf werkzaam was om de zaken tijdens de ziekteperiode van zijn vader waar te nemen. Gelukkig was hij reeds in het bezit van alle benodigde diploma’s waaronder het Patroons diploma van de Grafische School te Utrecht.
Als 22-jarige jongeman werd hij een van de jongste drukkers van Rotterdam. Het is vooral te danken aan de steun van de bestaande klanten die met hem verder wilden gaan, maar ook van generatiegenoten die op echt Rotterdamse wijze hem wilden helpen, dat hij het bedrijf langzamerhand wist te moderniseren en daardoor weer het oude aanzien wist te geven.
Alhoewel het bedrijf altijd door de generaties heen klein is gebleven was vooral het streven er op gericht een ’goede kwaliteit voor een goede prijs’ te vervaardigen zonder extreme groei te willen nastreven. Als men de klantenlijst inkijkt ziet men veel, overwegend Rotterdamse bedrijven of instellingen die langdurig tot de vaste klantenkring behoren. Mede door de gunstige naoorlogse economische ontwikkeling in ons land werd het voor de Drukkerij mogelijk om vele nieuwe investeringen te doen waardoor aan een veranderende vraag en smaak kon worden voldaan.
Berend Boogaerdt ’t Hooft
Inmiddels was de oudste zoon, Berend D. Boogaerdt ’t Hooft, eveneens aan de Grafische School in Utrecht met zijn opleiding begonnen. Na een 4-jarige studie werd het diploma behaald en na diverse stageperiodes, waaronder één in Zwitserland, trad hij op 19 juni 1989 bij Drukkerij G.B. ’t Hooft bv in dienst en werd daarmede de 5e generatie ’t Hooft die in het bedrijf kwam werken.
Per 1 januari 1992 werd hij benoemd tot adjunct-directeur van de drukkerij. In dat jaar voerde hij een belangrijke technische verbetering in op de afdeling voorbereiding met de aanschaf van een geavanceerd dtp-opmaaksysteem.
Hierdoor werd het mogelijk uiterst snel alle soorten drukwerk en vooral ook boekwerken op te maken en te produceren. Na de overgang op het offsetdrukken in 1976 was deze ontwikkeling een grote bijdrage voor de pre-press afdeling. Terzelfder tijd kon nog een naastgelegen pand betrokken worden waardoor deze afdeling in een geheel nieuwe en zeer eigentijdse omgeving gehuisvest kon worden. Ook nu weer moesten enkele medewerkers worden omgeschoold hetgeen met veel enthousiasme werd volbracht.
1993-heden